vrijdag 18 januari 2019

Ligt er een dino onder de oude school?



 
‘Kijk! Een dino op de trui van Tuur!’, zei August. Maar was het wel een dino? ‘Ja hoor, maar het is wel het skelet van een dino’, zei Mera. ‘Zo hebben ze de dino’s vroeger gevonden onder de grond’, vertelde Wanda nog. En toevallig waren er op deze dag archeologen aan het werk op het terrein van de vroegere school. En archeologen gingen vroeger op zoek naar dinosaurussen, vertelde Annelies. ‘Zou er hier dan ook misschien een dino onder de oude school liggen?’, vroegen Noah en Klara verbaasd. Wie weet… Daarom gingen we eens een kijkje nemen. We zagen nog niet veel, maar we besloten om af en toe het terrein vanop een afstand te bezoeken en foto’s te maken. Op maandag waren er al enkele diepe groeven gegraven met een reusachtige graafmachine.
Marie en Mera verstopten enkele dinosaurussen in gips en klei. We ontdekten dat ze zo afdrukken maakten.



 
Op dinsdag bracht Tuur alvast een schop mee. Zo konden we misschien later op de week ook zelf dingen opgraven. We keken in een boek over dinosaurussen. We vonden een skelet van een reusachtige dino. We leerden dat een bot een stukje van een skelet is. Tuur had de volgende dag ook een bot bij. Als archeologen zulke botten vinden, stoppen ze deze in een doosje en brengen ze deze naar het museum. In het museum proberen ze dan alle botten in elkaar te puzzelen zodat er een volledig skelet van een dier tevoorschijn komt. We probeerden er zelf één in elkaar te puzzelen met wattenstaafjes omdat deze de vorm van een bot hebben. Dat vonden we wel moeilijk en zo beseften we dat de mensen in het museum wel heel moeilijk werk doen.

In de namiddag werden we verdeeld en keken we naar een poppenkastverhaal. Op het einde van de dag gingen we nog eens een kijkje nemen op het terrein waar de archeologen aan het werk waren. We zagen enkele mensen met een gekke machine. ‘Precies een stofzuiger’, zeiden we. Maar was het dat wel? Nee, het was een metaaldetector. Hiermee kunnen de archeologen op zoek gaan naar waardevolle spullen zoals oude munten.
Op woensdag maakten we tijd om te antwoorden op de post van de ijsberen, want we hadden misschien wel dé oplossing gevonden voor de Regenboogjes. Zij maakten zich immers zorgen. Want ze hadden dan wel ijs gemaakt, maar hoe kregen ze het tot bij de ijsberen zonder dat het smolt? Een koelwagen, zoals de Regenboogjes voorstelden, leek ons wel een goed idee, maar het zou alleen te lang duren. We dachten dus na. En toen vonden we misschien wel dé oplossing. Want wat als we het ijs nu zouden vervoeren met een vliegtuig? Dat gaat veel sneller dan met een vrachtwagen, toch? Of we kunnen ijs maken in een land dichtbij de ijsberen en dan duurt het niet zo lang om het ijs te brengen? Maar waar wonen de ijsberen precies? Is het ver? Of net dichtbij? We keken op een wereldkaart en ontdekten waar de ijsberen woonden. Op de Noordpool. ‘We moeten wel zeker met het vliegtuig gaan of met de boot, want er is water en daar raken we niet over met de koelwagen’, bedacht Tobin. We schreven post terug naar de Regenboogjes. Op het einde van de dag vierden we de verjaardag van August met tekeningen, een verhaal, een liedje én lekkere cakejes. Hij werd 5 jaar. Hoera voor August!

Op donderdag kozen we nieuwe boekjes in de Bibbus. Annelore had op deze dag een ballon bij en vertelde erover in de kring. ‘Kunnen we eigenlijk een ballon bevriezen?’, vroegen we ons plotseling af. Annelies vertelde dat het de volgende dagen kouder ging worden en dat we het dan maar eens moesten uitproberen. We deden water in de ballon en legden deze buiten. ‘Als we er dan een touw aan vastmaken, kunnen we deze naar de ijsberen sturen’, vertelde Ot. ‘Maar ik denk dat die dan te zwaar is’, bedacht Mera. Dus toch beter met de boot en het vliegtuig. We knutselden er zelf enkelen met papier.

Op vrijdag gingen we samen met Lana nog eens een kijkje nemen op het terrein waar het archeologisch onderzoek plaatsvond. We namen enkele schoppen mee zodat we zelf konden graven. Of we iets gevonden hebben? Nee, jammer genoeg niet. Bovendien ontdekten we dat de grond vrij hard was door de vrieskou. Maar we vonden het wel eens fijn om ook archeologen te zijn.

 
 
 
 





Geen opmerkingen:

Een reactie posten